Zeef de bloem en poedersuiker boven een ruime kom. Voeg het zout toe. Snijd de helft van de boter in blokjes en doe in de kom. Laat de rest van de boter op kamertemperatuur komen. Wrijf de bloem, boter en poedersuiker met je vingertoppen tot een kruimelig deeg. Splits 1 ei (voor een taart) en voeg de eidooier toe aan het deeg. Bewaar het eiwit voor stap 3. Kneed het deeg snel tot een samenhangende deegbal. Verpak in vershoudfolie en laat 30 min. rusten in de koelkast. Verwarm de oven voor op 170 °C.

Duw het deeg tot een gelijkmatige laag in de vlaaivorm. Maak een prop van een vel bakpapier en haal weer uit elkaar. Zo blijft het bakpapier straks makkelijker op het deeg liggen. Leg het bakpapier op het deeg. Verdeel de blindbakvulling erover en bak de taartbodem 20 min. in de oven. Neem uit de oven, verwijder de blindbakvulling en het bakpapier en bak nog 5 min.

Maak tijdens het bakken van de taartbodem de frangipane (amandelvulling). Doe de rest van de boter in een kom en voeg 125g basterdsuiker toe. Klop met een mixer in 5 min. tot een glad mengsel. Voeg het laatste ei, het overgebleven eiwit, het amandelmeel, de kaneel en het vanille-extract toe en mix nog 1 min. Snijd de uiteinden van de rabarberstengels en snijd de stengels in ruitvormen van gelijke grootte.

Schep de frangipane in de (warme) taartbodem en leg de rabarber in een mooi patroon op de frangipane. Bak de taart 35-40 min. in het midden van de oven.

Doe ondertussen de rest van de basterdsuiker samen met het water in een steelpan en zet op laag vuur. Zet het vuur uit als de suiker is opgelost. Neem de taart uit de oven en bestrijk met de suikersiroop. Laat in 2 uur helemaal afkoelen.